Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske

De windmakers


Vorige Index
Index
Volgende

Rode reeks no. 126 (1e druk: 1971)
Voor het eerst in album verschenen in 1960

De windmakers Dit verhaal verscheen voor het eerst als voorpublicatie in De Standaard. Zoals gebruikelijk kwamen ook aankondigingsplaatjes uit en dat op 21 augustus 1959 en een tweede op 22 augustus 1959.
De aankondiging viel ook te lezen op 22 augustus 1959.
De voorpublicatie startte vanaf 25 augustus 1959 en eindigde op 31 december 1959 en het album zelf in 1960.

Voor de tweede keer, na De Texasrakkers, treedt hier de onuitstaanbare handelsreiziger Theofiel Boemerang op en met hem voor de eerste keer zijn vrouw, Célestine Boemerang. Ze is niet alleen, net zoals haar man, onuitstaanbaar maar ook nog hooghartig, wat vooral tante Sidonia te merken krijgt.

Dit verhaal staat eigenlijk in het teken van de Koude Oorlog (lees hierover meer bij de verklarende inleiding van De wolkeneters), want in het middenpunt van het verhaal staan kinderen die trachten vriendschap te sluiten, ofschoon er tussen hun landen politieke geschillen zijn. Vooral in het oog springend is het feit dat er tussen de groep van kinderen twee grotere jongens zijn, een Rus en een Amerikaan. Zij zijn in de groep van de kinderen ook degenen die toonaangevend zijn, net zoals in de politieke realiteit.

In de aankondiging ziet men een Japans meisje met name Kilikito. Later in de voorpublicatie is de naam van het meisje veranderd in Miako. Waarom Willy dit gedaan heeft is nooit duidelijk geworden.

Willy laat tevens zien, dat als twee (of meerdere) vijandelijke partijen die een gemeenschappelijke vijand of een gemeenschappelijke bedreiging hebben met elkaar samenwerken hun verschillen kunnen vergeten. Willy heeft deze beknopte synopsis al eens als verhaal verwerkt, nl. in De snorrende snor, waar diverse mogendheden op de wereld geloven dat ze door buitenaardse robots bedreigd worden.

Samenvatting

Na het avontuur met De Texas-rakkers zijn de Boemerangs naast Sidonia gaan wonen en komen er vaak op bezoek. De Boemerangs leven er hun hatelijkheden van harte uit, vooral Sidonia krijgt dit door opmerkingen van Célestine Boemerang te merken.
Lambik gaat het huis van Sidonia in en ziet post voor de deur liggen, een brief met als afzender : V.D.V. Hij legt hem weg om later te lezen, maar als hij terugkomt is de brief spoorloos verdwenen! Niemand van onze vrienden weet waar de brief vandaan gekomen is.
Sidonia vraagt nu aan Lambik en Jerom of de twee haar tuin kunnen opknappen.
Ontzet ziet Sidonia dat de kippen van Theofiel weer in haar tuin zijn. Tijdens het uitwisselen van hitsigheden onder elkaar ziet Lambik de postbode met een brief met als afzender alweer V.D.V. De postbode, door en door ambtenaar, geeft hem de brief niet en schuift de brief door de brievenbus van de deur. Lambik rent het huis in richting voordeur, maar de brief is alweer verdwenen. Lambik twijfelt nu aan zijn verstand en om weer tot rust te komen gaat hij het huis uit, loopt de hoek om en ziet tot zijn onsteltenis met grote letters op de muur geschilderd... het teken van V.D.V.
Lambik krijgt een inzinking en wordt door Jerom het huis naar binnen gedragen. Om hem op te knappen laten ze hem de tuin water geven. Sidonia ziet alweer de kippen van Theofiel en nu onstaat er heftige ruzie tussen de buren.

Lambik, nog altijd geestelijk niet helemaal bij zinnen door dat V.D.V.-geval, timmert met behulp van een geweer een apparaat in elkaar om de kippen af te schieten. Wiske vindt dat schandalig en wil dat Lambik het verwijdert. Hij vraagt zich af waarom het niet functioneert en vind er een briefje in met het teken van V.D.V.
Lambik is nu al die geheimzinnigheden zat en wil vertrekken maar ziet de postbode weer met een nieuwe V.D.V.brief. Ook deze verdwijnt, dit keer voor de neus van Sidonia. Ongerust over al die toestanden licht ze de Boemerangs in. Die doen het af als onzin, maar ook zij worden snel bekeerd. Wat onmogelijk bleek te zijn wordt nu werkelijkheid. De met elkaar in strijd liggende buren verzoenen zich en beginnen plannen te beramen.

Ondertussen maken Suske en Wiske zich klaar voor de vakantie in een kamp met andere jeugdigen en gaan weg.
Lambik krijgt na vele moeilijkheden één van die geheimzinige brieven in zijn handen maar begrijpt van de inhoud geen snars omdat ze in een vreemde taal geschreven is. Door toeval belandt hij in een auto die gebruikt word door twee levensgevaarlijke gangsters, Stan en Ston. Ze willen vuchten voor de politie en gebruiken Lambik als gijzelaar. Lambik neemt dit niet en ranselt de twee flink af.
Thuis aangekomen laat hij trots de brief zien aan zijn vrienden en de Boemerangs. Theofiel ziet dat de vreemde taal Japans moet zijn. Hierover ontstaat alweer ruzie en de Boemerangs gaan beledigd terug naar hun huis.

Enkele dagen later worden de tuinen van Sidonia en Theofiel overspoeld door slakken (oftewel karakols, zoals de Belgen ze noemen), die steeds groter worden en uiteindelijk gigantische afmetingen hebben. De buren verzoenen zich weer en het lukt Jerom om de slakken tegen te houden. Jerom wordt nu door Sidonia en de Boemerangs vertroeteld. Lambik kan dit natuurlijk niet verkroppen en gaat naar huis maar wordt aangereden door een taxi. Toevallig zit er in die taxi iemand van de Japanse ambassade en deze man belooft Lambik de brief te vertalen.
Thuis aangekomen gaat Lambik naar bed, maar ook hier zijn rukken de gigantische slakken op. Noodgedwongen belt hij nu zijn vrienden op om te helpen. Dit keer lukt het Jerom niet de slak op te ruimen en met oud dynamiet vernietigt Lambik uiteindelijk de slak. Daarop worden onze vrienden en ook de Boemerangs wegens nachtelijke rustverstoring door de politie ingerekend. Lambik blijft onder het puin van de slak achter.
's Morgens ziet hij de vertaalde brief liggen en komt achter het geheim van het mysterie. De oplossing is in het kamp van Suske en Wiske te zoeken waar kinderen van alle nationaliteiten, ongeacht de politieke en religieuze geschillen, in vrede met elkaar leven. Zij waren het, die de schijnbaar onverslaanbare slakken gemaakt hebben in de hoop dat een gemeenschappelijke vijand hun zou kunnen verzoenen, nader tot elkaar zou brengen. Alleen Jerom wist ervan. In het kamp schaamt Lambik zich diep en belooft de kinderen beterschap. Hij wil nu zijn vrienden en de Boemerangs uit het politiebureau halen maar die zijn al vrijgelaten en gaan nu samen op vakantie in Boemerangs villa in de Ardennen.

De kinderen vieren feestNa het Deze verzoening willen de kinderen vieren en tijdens het feesten worden ze gegijzeld door Stan en Ston, de gangsters waar Lambik het in dit verhaal al eerder mee aan de stok kreeg. Dezen wisten te ontsnappen uit de gevangenis.
In de tussentijd begint het ongenadig te regenen en de kinderen weten de gangsters even uit te schakelen en trachten te vluchten. Een dijkbreuk maakt een einde aan deze vlucht en ze moeten terug naar de treinwagon, die als kamp dient. Hierbij raakt Miako, het Japanse meisje, in gevaar door de plotselinge kolkende stroom water. Jank, de Amerikaan en Kaviarski, de Rus redden Miako.
De gangsters krijgen de kinderen weer in hun macht. Om de rivierpolitie te waarschuwen offert Jank zich op en valt één van de gangsters aan. Deze lost een schot en waarschuwt hiermee de politie.
Om het leven van de kinderen te sparen geeft de politie toe aan de eis van de gangsters en geeft hen de boot. De gangsters willen met de kinderen vluchten, maar worden plots door Lambik, Sidonia, Jerom en de Boemerangs gehinderd. Door de dijkbreuk gealarmeerd keerden onze vrienden terug en gingen met het jacht van Theofiel op zoek naar de kinderen. Jerom weet de gangsters te overmeesteren en onze vrienden en de kinderen keren huiswaarts.


Tekst: Alain Stienen

Aankondiging in 'De Standaard'