Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske

Beminde Barabas


Vorige Index
Index
Volgende

Rode reeks no. 156 (1e druk: augustus 1975)

Beminde Barabas Op donderdag 5 december 1974 kregen de lezers van De Standaard de aankondiging van Beminde Barabas te lezen. Meteen de dag er na, op vrijdag 6 december 1974, begon de voorpublicatie en die eindigde op woensdag 16 april 1975.
In augustus 1975 verscheen het verhaal voor het eerst in boekvorm.

In dit verhaal van Paul Geerts komen twee zaken ter sprake: de rol van de geëmancipeerde vrouw en een heus liefdesdrama.

Het jaar 1975 was het jaar van de vrouw.
De moderne samenleving werd zich langzaam maar zeker bewust, dat vrouwen wel degelijk haar man kunnen staan en het jaar van de vrouw moest dit alsnog benadrukken. Daarbij komen we onwillekeurig bij de emancipatie der vrouwen.
Een eerste poging tot emancipatie der vrouwen gebeurde, en dat volkomen onverwacht, in de 12e/13e eeuw na Chr. bij de clerus! De Begijnen kwamen, maakten zich toen sterk, en bezorgden de geestelijke leiders in Rome geduchte hoofdpijn. Omdat deze beweging der emancipatie binnen het Rooms-Katholicisme plaats vond werd het van boven, maar ook van buiten af (dus van het gemene volk) niet vervolgd. Ondanks alle successen van de Begijnen is deze eerste poging tot emancipatie historisch gezien vastgelopen.
Sidonia in actie voor emancipatie De tweede golf van emancipatie ontstond na de Franse Revolutie in het jaar 1789. De idealen van de Franse Revolutie, Liberté et Egalité, dus vrijheid en gelijkheid, gold niet voor de vrouwen, maar door het enthousiasme van het slagen van deze revolutie besloten de vrouwen ook voor hun rechten te vechten. (Er is nog een derde ideaal, nl. Fraternité, vertaald als broederschap, maar dit heeft niet veel te doen met de emancipatie der vrouwen.)
Nieuw was het dat de vrouwen zich niet meer aan het geloof orïenteerden, zoals bij de Begijnen. Deze vrouwen, die voor hun rechten begonnen te vechten, werden bekend als de Suffragetten. Hun belangrijkste doelen waren o.a. het krijgen van burgerrechten en dat betekende recht om te kiezen, recht op onderwijs e.d.
De derde vrouwenbeweging ontstond na de tweede wereldoorlog. Ook dit keer ging deze beweging van Frankrijk uit, maar eerst omstreeks 1968, tijdens de overal op de wereld opstekende studentenrevoltes, werd het een wereldomspannende beweging. De vertegenwoordigsters van deze beweging stelden alles ter discussie, zelfs de traditionele rolverdeling van man en vrouw en de positie van de man in een gezin, dus het patriarchaat!
Onze samenleving heeft veel te danken aan deze vrouwen voor hun inzet, maar toch ook heden ten dage is het de bittere waarheid, dat er nog veel moet gebeuren, voordat vrouwen op alle vlakten, zoals aanerkenning en betaling van loon werkelijk geëmancipeerd zijn!

Samenvatting

Sidonia is het beu steeds maar huisvrouw te zijn en besluit werk te zoeken in de bouwvak, een typisch mannendomein. Lambik daarentegen zal het huishouden doen.
Wordt Lambik met onbegrip aangestaard, zo heeft Sidonia het nog moeilijker. Zij moet zich namelijk bewijzen tegenover haar mannelijke collega's. Na aanvankelijke plagerijen aan haar adres pakt Sidonia op een drastische manier aan en dwingt het respect af van haar collega's. Tevreden keert ze naar huis, waar Lambik en de kinderen op haar wachten met het avondeten. Echter... Lambik zijn kookkunsten zijn niet om naar huis te schrijven.

De weken gaan voorbij en ieder begint zich wel te voelen in hun rol. Het blijft niet uit dat zelfs Lambik steeds beter en beter gaat koken.
Nadat Jerom op reis is gegaan, besluiten de vier professor Barabas uit te nodigen voor een etentje. 's Anderendaags is de professor er tijdig om van Lambiks kookkunsten te genieten. Lambik wil een kalkoen flamberen aan tafel, maar overdrijft met de hoeveelheid alcohol. Na een spektaculaire ontbranding is de kalkoen verknoeid.
Barabas ontmoet Lotje Teleurgesteld gaan de twee kinderen met de professor in de tuin wat wandelen. Daarbij komt ter sprake dat de professor als vrijgezel ook niet geweldig koken kan. Wiske haakt hier op in door en vraagt de professor of hij ooit eens verliefd geweest is in zijn leven!!! De professor begint hierop te blozen, dus is hij eens verliefd geweest! Natuurlijk willen de twee kinderen meteen meer weten en de professor begint te vertellen.
Toen de professor achttien jaar oud was kwam hij nogal laat in een oldtimer van een vergadering van jonge geleerden. Plots moest hij uitwijken voor een familie konijntjes en verongelukte met zijn automobiel. Hij belandde in een sloot en nogal aangeslagen stond hij op, waarna hij in de verte een kasteel in de mist zag. Niet ver daar vandaan zag hij een lemen hutje. Hij ging er naar toe en klopte aan. Een stem riep hem naar binnen en niet lang daarna zag de professor de liefde van zijn leven: Lotje!
Lotje was een kleermaakster in dienst van de kasteelvrouw en naast haar stond een prachtige rode roos. Meteen waren de twee smoorverliefd op elkaar en de professor bleef naast haar bij het haardvuur zitten totdat bruusk de deur van de lemen hut ingetrapt werd door Massakker, de roverhoofdman. Massakker wilde de professor te lijf gaan, maar begon vantevoren de inboedel kort en klein te slaan. De professor vluchtte, maar verloor het bewustzijn door tegen een boom aan te lopen. De dag erna ontwaakte hij en stelde vast, dat het hutje en het kasteel verdwenen waren!!!

Wiske vraagt nog naar Lotje en Suske wil een verklaring hiervoor, maar de professor heeft als enige antwoord, dat hij volgens hem door een tijdscheur in de 17e eeuw terecht gekomen was. Wel geeft hij toe, dat hij nog steeds verliefd op dat naaistertje is.
Wiske zou niet Wiske zijn als ze er niet meer van wilde weten en zodoende zijn onze twee vrienden niet lang daarna op de plek waar Barabas Lotje zou hebben ontmoet. Ze vinden dan ook prompt een gewelf onder het zand der duinen en gaan weer naar huis. Ze vertellen het Lambik, maar die voelt er niks voor.
In de nacht gaan de twee op onderzoek uit en treffen er Lambik aan, die het fijne ervan wilde weten. Ze vinden de door Barabas beschreven rode roos, geheel onverwelkt!!!
Lambik gelooft het nog steeds niet en wil naar huis. Terwijl ze het gewelf verlaten, maken twee handen een gat groter in de buurt van de onverwelkte rode roos!

Niet lang daarna worden onze vrienden midden in de nacht wakker gebeld door professor Barabas, die iets verschrikkelijks gezien moet hebben. Eenmaal aangekomen laten ze de professor naar het ziekenhuis brengen. Wiske ontdekt in de woonkamer de onverwelkte rode roos en Sidonia ziet dat in de woonkamer alles zo netjes opgeruimd is, alsof het door een vrouwenhand is verzorgd.
Plots horen onze vier vrienden boven iemand bonken! Ze gaan naar boven, maar vinden niets. Terwijl ze het huis verlaten merkt niemand, hoe twee handen het gordijn opzij schuiven.
Weer thuis glimlacht Wiske voortdurend, want ze heeft draden gespannen die met een fototoestel verbonden zijn, en als die geheimzinnige persoon de draden raakt drukt het fototoestel af.
De foto's brengen niet veel licht in de duisterheid en zodoende wil Sidonia zich in een hinderlaag leggen, maar lang hoeven ze er niet naar te zoeken want het is een levend geworden modepop van een naaister!

Plots gaat de telefoon bij professor Barabas. Sidonia neemt op en hoort van de arts dat Barabas het naaistertje nog een keer moet zien want anders zal hij sterven aan L.D.V.D., nl. liefdesverdriet!
Prompt valt de modelpop om, want ze is Lotje! Lotje werd door een tovenares betoverd in een modepop omdat ze moest bekennen dat ze van Barabas hield. Massakker was echter zo jaloers dat hij de tovenares vroeg haar te betoveren in een modepop. Doordat Lambik, Wiske en Suske de roos vonden, kon Lotje ontsnappen waarop ze naar Barabas kwam en voor hem het huishouden deed.
Alleen de toverstaf van de tovenares kan Lotje weer in haar originele gedaante brengen en zodoende Barabas redden en dat is aanleiding voor onze vier vrienden om zich via de teletijdmachine in passende klederdracht naar de 17e eeuw te laten flitsen.

Aankomst in de 17e eeuw
Zo gezegd, zo gedaan en niet lang daarna landen onze vrienden in de 17e eeuw. Onmiddelijk na aankomst helpen ze de kasteelvrouwe, de markiezin van Lotje. Zij wordt namelijk aangevallen door rovers. Sidonia en Lambik verdrijven de rovers en de markiezin nodigt hen uit op haar kasteel.
Eenmaal in het kastreel aangekomen, wil de markiezin weten waarom ze daar zijn en Lambik biecht alles op. Hij wil meer weten van de tovenares, maar schijnbaar heeft de markiezin angst voor de tovenares en wijkt daarom uit.
Een paar dagen later wordt het onze vrienden teveel en ze gaan op onderzoek uit en ontdekken dat de markiezin de gevreesde tovenares is!
Ondertussen heeft Sidonia ook per radioschoen de hulp van de inmiddels weer terug gekeerde Jerom gevraagd en die weet op het laatste nippertje Lambik voor een horde wolven te redden. Gezamenlijk maken ze een einde aan het terreur van de markiezin/tovenares.
Een voor een worden ze weggeflitst naar het heden zonder de reddende toverstaf te vinden. Wiske blijft als enige over en weet de markiezin/tovenares Barabas met de roos van Lotje uit een levensbedreigende situatie te helpen. Uit schuldgevoel wil de markiezin/tovenares het goed maken en geeft Wiske de toverstaf.
Meteen daarna wordt Wiske door de teletijdmachine naar het heden geheveld. Daar horen ze dat Barabas nog maar vijftien minuten te leven heeft.

In de stromende regen rijden onze vrienden meteen naar het ziekenhuis, maar door een ongeluk raken ze van de weg. Lotje zat ondertussen niet stil, nam haar geliefde Barabas mee en ging onze vrienden tegemoet.
Ze treffen elkaar en in een wei onder een schuilplaats voor koeien onttovert Sidonia Lotje!
Bij het zien van zijn geliefde Lotje geneest Barabas, maar aan alles komt een einde. Zo ook aan dit vehaal, want Lotje voelt haar krachten afnemen en moet afscheid nemen en verdwijnt naar het rijk der geesten.
Later thuis is Barabas weer volledig genezen en heeft als troost de roos, die nooit verwelkt!


Tekst: Alain Stienen

Aankondiging in 'De Standaard'