Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske

Het zingende nijlpaard


Vorige Index
Index
Volgende

Rode reeks no. 131 (1e druk: 1972)
Voor het eerst in album verschenen in 1951

Het zingende nijlpaard In dit album komt het vreemdelingenlegioen voor. Dit vreemdelingenlegioen ontstond in de tijd toen Frankrijk nog kolonieën had. Mannen, die iets op hun kerfstok hadden, zoals gezochte moordenaars, pedofielen en bajesklanten in het algemeen, maar ook huurlingen, ex-soldaten, die zich in het civiele leven niet meer konden terugvinden en buitenlanders, konden zich in het vreemdelingenlegioen inschrijven. Na het inschrijven verloren ze hun identiteit en konden (bijna) niet meer terug. Hun leven behoorde de Franse staat en niemand anders!!!
Voor velen, die gezocht werden, eender waarom, buitenlander, Fransman of wat dan ook, was het de laatste uitvlucht.
De basis van het vreemdelingenlegioen was Algerije, destijds een Franse kolonie. Waarom in Algerije? Frankrijk wilde deze kolonie kostte wat het kostte verdedigen tegen inlandse roversbenden. Normale soldaten kostten te veel geld om dit stuk woestijn te verdedigen, maar het vreemdelingenlegioen, buiten ammunitie en voedsel, niets! Zodoende werden deze mannen toen, maar ook nu nog, als kanonnenvoer gebruikt.
Je kunt er zeker van zijn dat als Frankrijk heden ten dage militaire operaties uitvoert, dat het vreemdelingenlegioen er als de eersten aan de front zijn om het vuile werk op te knappen!

Om de lezers nieuwsgierig te krijgen werd er op 22 september 1950 een tekstblok gedrukt met vermelding van o.a. de nieuwe titel van het verhaal. 23 september 1950 volgde de aankondiging en de voorpublikatie startte op 25 september 1951 en eindigde op 1 februari 1951.
Het album kwam ook in 1951 uit.

Na lange afwezigheid werd in Het zingende nijlpaard  professor Barabas nog eens ten tonele gevoerd. In dit verhaal is hij duidelijk aan lager wal geraakt.
Nieuw is de introduktie van het Egyptische trio, prins Tof - fentip, prinses Banylon en de achterbakse prins La - meling. Later zullen ze nog eens terugkeren in het avontuur met Het vliegende bed.

Samenvatting

Tijdens een uitstapje met haar vader, de farao, weigert prinses Banylon te zingen voor een betoverde sfinx. Die verlangde namelijk dat zij tot het einde van haar dagen zingen moest voor haar. Banylon wordt door de verbolgen sfinx omgetoverd in een nijlpaard en kan alleen maar terug in haar mensengestalte als de farao haar een ander zingend nijlpaard brengt. Om Banylon te helpen gaat de trouwgrage prins Tof - fentip, samen met zijn neef prins La - meling, naar België om de betoverde gouden trompet van Farao Tutankoffi  te vinden.

Na een voorstelling van het poppentheater Pats rijden Lambik en Wiske naar huis en verongelukken. Wiske heeft niets, maar Lambik heeft een aardige smak tegen zijn hersens opgelopen. Als gevolg hiervan, begint hij te slaapwandelen en raakt hierbij in het oudheidkundige museum.
La - meling, de valsaard, die altijd al jaloers was op Tof - fentip, is in het museum ingebroken en wil de gouden trompet stelen om Banylon te onttoveren en om met haar te trouwen en botst tegen de slaapwandelende Lambik. Lambik slaapwandelt hierna naar huis.
Wakker geworden, leest hij in de krant over de roof van de trompet en met ontzetting ziet hij hierna de trompet uit zijn bed rollen. Hierna vlucht hij en onze vrienden lezen op zijn afscheidsbrief dat hij tot het vreemdelingenlegioen toe wil treden, omdat hij met deze schande niet kan leven.
La - meling, die een beetje toveren kan, ziet dat door zijn glazen bol, en wil er achter aan, maar wordt gehinderd door Tof - fentip, die achter het verraad van La - meling gekomen is.

Sidonia, Suske en Wiske gaan in het museum op onderzoek en vinden het visitekaartje van La - Meling met het adres van het hotel in de stad. In de kamer van La - Meling vinden zij de bewusteloze Tof - fentip. Nadat hij tot bewustzijn gekomen is, thuis bij onze vrienden, bericht hij de ware toedracht. Plots staat er een verfomfaaide persoon aan de deur die een vliegende schotel probeert te verkopen. Wiske herkent hem als professor Barabas, die na het avontuur met De sprietatoom aan lager wal schijnt te zijn geraakt.
De ongeduldige Tof - fentip neemt onmiddelijk zo'n vliegende schotel en vliegt ermee vandoor richting Algerije om La - Meling voor te zijn. Er blijft onze vrienden niets anders over als hem in de andere vliegende schotel na te vliegen.

Ondertussen is Lambik in Algerije aangekomen en wandelt door de woestijn in zijn uniform naar het fort. Hij merkt niet, dat hij achtervolgd wordt door een gemaskerde ruiter. In het fort aangekomen meldt hij zich bij zijn commandant. Onze vrienden komen nu ook in het fort aan. In die nacht wordt het fort aangevallen door rovers en de soldaten verlaten ongezien het fort, alleen Lambik en onze vrienden merken dat niet en blijven achter. Hier merkt Lambik voor de eerste keer de magie van de trompet, want die waarschuwt hem voor het naderende gevaar. Als iemand door de trompet blaast, tovert hij daarmee ook zijn goede en kwade ik in vorm van een engel en een duivel ermee te voorschijn!
Onze vrienden vluchten van het fort weg de woestijn in. Wiske weet  bij het vluchten de identiteit van de gemaskerde ruiter te achterhalen en het is niemand anders als La - Meling.
Na enkele mysterieuze avonturen in de woestijn verdwijnt Lambik, door zijn slechte ik misleid, in een pyramide en onze vrienden komen aan in het rijk van de farao. Tante Sidonia, die een geheimzinnig pakket met zich meevoert drijft bewusteloos, door een bombardement van de vijandelijke zandhoentjes, in de Nijl.
Weer tot haar positieven gekomen, ranselt zij een zandhoentje, die de verloren gouden trompet heeft, bewusteloos en komt hierna in de pyramiden terecht, waarin Lambik nu opgesloten zit. De goede ik van Lambik bevrijdt hen uit hun netelige laag en ze gaan ook naar het rijk van de farao.

Sidonia gaat hierop met de betoverde Banylon en het geheimzinnige pakket naar de sfinx en wordt belaagd door een mummie. Sidonia stoot zich tegen een tak en raakt bewusteloos. De mummie steelt het pakket en wil het in het paleis van de farao openen en wordt nu op haar beurt door de kinderen bewusteloos geslagen. Plots komt er vliegensvlug iemand om de hoek en grist Suske en Wiske het pakket voor de neus weg. Deze iemand is tante Sidonia, die het geheim niet wil prijsgeven.
Sidonia gaat nu met de kinderen naar de sfinx en treft tot aller verwondering de onttoverde prinses aan. Waarom ze onttovert is, weet ze niet.
Snel wordt het duidelijk, dat het Lambik was, onder toedoen van zijn goede ik, die zich geofferd heeft om de prinses te onttoveren. Nu is Lambik in een nijlpaard betoverd en moet steeds zingen voor de sfinx.

Nog een keer gaat Sidonia op weg naar de sfinx, maar ze wordt ontvoerd door de mummie. Hierbij schiet de mummie een pijl af op de goede ik en wordt door de neerdwarrelende engel getroffen. De mummie is de vermomde La - Meling. Sidonia gaat nu met het nijlpaard, euh...sorry, de betoverde Lambik en nog een nijlpaard en natuurlijk met het weergevonden pakket naar de sfinx en komt met een onttoverde Lambik terug. (!)
Sidonia heeft de sfinx misleid, door het echte nijlpaard een platenspeler met langspeelplaten te laten inslikken en zo het te laten "zingen".
Na een tijd is natuurlijk de tijd verstreken en de kwade sfinx wil de zandhoentjes laten aanvallen, echter... de goede ik van Lambik heeft een uitstekende idee! Hij laat de slechte ik van Lambik zingen tot hij zwart ziet!
Tof - fentip en Banylon trouwen nu. La - Meling toont berouw en feest tijdens de bruiloft mee. Tijdens de bruiloft verdwijnen onze vrienden stilletjes huiswaarts.


Tekst: Alain Stienen

Aankondiging in 'De Standaard'