Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske op het WWW
Suske en Wiske

De Significante Signeerkaarten

2019
Vorige Index
Index
Volgende


Signeerprent 2019 Geen Fanclubdag zonder ledenbeeldje!
Sinds De Fameuze Fanclub in 2001 ermee begon om haar leden te verblijden met een beeldje op de betreffende fanclubdag ging sindsdien geen jaar voorbij of er verscheen een van deze kleinoden.
Tijdens de Fanclubdag 22 april 2001 verscheen een zittende Wiske gekleed in een oriëntaals kostuum met een olielamp op haar schoot. Het beeldje was gebaseerd op een tafereel van het verhaal De perenprins (1980).
Op 14 april 2019 tijdens de 32e Suske en Wiske Fandag viel de eer te beurt aan het nevenpersonage Moe Mie, oftewel de moeder van Jerom. Zij verscheen voor het eerst in het verhaal De malle mergpijp uit 1973.
Moe Mie was geen creatie van Willy Vandersteen, maar van Paul Geerts, die een jaar eerder, in 1972, de fakkel overnam om de stripreeks voort te kunnen zetten. Zij zou later ook nog verdere optredens hebben in verhalen als De slimme slapjanus (1993), Barabas 2.0 (2018) en Het betoverende boek (2019). Tevens had zij een cameo in het korte verhaal De primitieve paljassen (2007).

In de nevenreeks Jerom zien we haar in het verhaal De Jungleschatjes (1989).
Daar bleef het niet bij, want in een andere spin-off reeks, J.ROM zien we haar als herinnering van J.ROM in de verhalen Bloedmaan en Rode sneeuw (beide uit 2016).

Bijna traditiegetrouw tekende Luc Morjaeu ook dit keer weer een signeerkaart voor de Suske en Wiske Fandag van 2019. Bij het bekijken van de prent duiken we in een tafereel dat plaatsvindt in de prehistorie.
De kijker bevindt zich in een grot. Buiten deze grot ziet men twee actieve vulkanen die op uitbarsten staan, want zij smeulen en spuwen as in de atmosfeer. Ook is op beide vulkanen een lavastroom te zien die stroperig naar beneden zakt. De vuurbergen zijn omringd door een dicht oerwoud dat onder andere bestaat uit palmen.

Het eerste optreden van Jerom Op de voorgrond van het tafereel in de grot zelf zien we Jerom staan zoals we hem kennen uit het allereerste verhaal waarin hij opduikt in het Suske en Wiske-universum, namelijk de klassieker De dolle musketiers (1953).
Gedrongen, een dubbel gespierde borstkas, op dikke beentjes, steeds gesloten ogen, met sterk ontwikkelde onderarmen en slechts gekleed in een dierenvel en sprekend in telegramstijl. Zo presenteerde Willy Vandersteen destijds tijdens de voorpublicatie van De dolle musketiers in 1952 in De Standaard/Het Nieuwsblad zijn nieuwste stripcreatie aan het publiek.
In het begin kreeg de redactie vele boze brieven van verontwaardige lezers, maar naar mate het verhaal verder liep bleek al snel dat dit nieuwe personage zich ontpopte tot een sympathieke kerel die onze vrienden hielp in benauwde situaties en tevens een boon had voor Wiskes lappenpoppetje Schanulleke. Zo iemand kon gewoon niet fout zijn.
Jerom bleek uiteindelijk zo populair te zijn dat Willy Vandersteen besloot hem toe te voegen aan de vaste vriendenkring, zodat hij met hen verdere avonturen kon beleven.

Ledenbeeldje 2019: Moe Mie Naast de oorspronkelijke Jerom staat Moe Mie. Zij heft vol verbazing en spanning haar hand naar haar gezicht en samen met Jerom kijkt ze naar hetgene wat rechts van haar plaats vindt. Daar zien we een sjamaan op een holle mergpijp blazen.
Deze sjamaan kennen we ook uit De malle mergpijp. Hij is degene die Jerom door zijn magische mergpijp zo oersterk maakte. Hij deed dit omdat hij Moe Mie stilletjes aanbad na de dood van haar man en haar zo een plezier wilde doen.
Een verre nazaat van deze sjamaan zou er trouwens in het verhaal De heldenmaker (2017) voor zorgen dat onze vrienden een bijzonder avontuur beleefden. De Sjamaan zelf had ook een cameo aan het einde van dat verhaal.

Uit het einde van de mergpijp ontstaan wolken en in de waas van deze wolken zien we een drietal Jeroms, telkens in andere kleren.
De eerste Jerom is degene die we nu kennen sinds het verhaal De planeetvreter uit 2017, waarin onze helden een metamorfose hebben ondergaan (zie hiervoor de uitleg bij de signeerkaarten van 2017 en 2018).
De tweede Jerom is die uit de al bovengenoemde nevenreeks Jerom, waar hij sinds het twaalfde avontuur in 1967 als de "gouden stuntman" in het gelijknamige album avonturen beleefde.
De derde Jerom is ook afkomstig uit deze nevenreeks. In het allereerste verhaal Het geheim van Brokkelsteen, uit 1960, zien we Jerom zo uitgedost in de middeleeuwen rondlopen om het raadsel uit dat avontuur te kunnen oplossen.

Onder de drie Jeroms zien we een stenen wieg waarin Schanulleke ligt, het door Wiske maar ook Jerom teergeliefde lappenpopje.
Alley Oop Rechts van deze wieg, zien we een paar schalen, ëén daarvan met een bot erin. Naast deze schalen valt de blik op een tekening met een soort van oermens erop. Dit is het stripfiguur Alley Oop. Dit personage werd gecreëerd door de Amerikaanse illustrator en tekenaar V.T. Hamlin (*1900-+1993).
Alley Oop zag het daglicht in de loop van 1932. In 1971 ging Hamlin met pensioen, maar door penoverdrachten loopt deze stripreeks, net zoals Suske en Wiske, anno 2019, nog steeds verder.
Nu duikt de vraag op waarom Luc dit in Europa en de Benelux eigenlijk onbekende stripfiguur erbij tekende op de signeerkaart.
Sinds 1952 had Willy Vandersteen een tekenaar erbij, die hem hielp de figuren uit te werken. Deze tekenaar was Karel Verschuere (+1924 - +1982). In een interview uit 1975 zei Karel Verschuere dat Willy Vandersteen op zoek was naar een krachtpatser, die alles kan! Op zijn aanraden heeft Willy toen gekozen voor een oermens, gebaseerd op de Amerikaanse strip Alley Oop.
Dit is de reden, waarom Luc Morjaeu de oermens Alley Oop als schets op een vel papier erbij getekend heeft.

Opvallend aan deze signeerkaart is ook het feit, dat de hoofdpersonages, Suske en Wiske, dit keer nergenss op deze kaart te bespeuren vallen. Bij alle voorgaande kaarten die Luc gemaakt heeft zijn ze te zien!, alleen dit keer niet. Of dit nu zo blijft, of maar een uitzondering is, wie weet!


Tekst: Alain Stienen