De IJzeren Schelvis
Index |
Rode reeks no. 76 (1e druk: 1967)
Voor het eerst in album verschenen in 1955
Op 27 september 1954 verscheen in De Standaard de aankondiging van het nieuwe avontuur uit de Suske en Wiske-reeks om vervolgens de dag er na met de voorpublicatie te beginnen. Het verhaal eindigde op 7 februari 1955.
De eerste uitgave van het verhaal in album was ook in 1955.
Vrijwel zeker is het dat Willy Vandersteen zich bij De IJzeren Schelvis zich liet inspireren door de successen van het baanbrekende project van professor Auguste Piccard (*1884 - +1962). Deze man werkte sinds 1937 aan een duiktoestel dat d.m.v. ballast kon opstijgen en dalen. Met trots kon hij dan eindelijk op 1 augustus 1953 zijn bathyscaaf voorstellen. Het toestel
kon zonder moeite tot op een diepte van 16.000 meter dalen. Dit toestel was voor de oceanologie een zege. Nu konden wetenschappers zonder moeite op duizenden meters diepte hun onderzoeken doen zonder dat de enorme druk, die men dan normaliter ervaart, hen hindert.
Ook de Amerikanen stonden in die tijd niet stil en presenteerden in januari 1955 de eerste atoomonderzeeër, de Nautilus! (De duikboot kreeg de naam van een duikboot uit de beroemde roman van de Fransman Jules Verne (*1828 - +1905) Vingt Milles Lieues sous les Mers (1873), oftewel 20.000 mijlen onder zee), waarin een zekere kapitein Nemo ongewild passagiers aan boord neemt op zijn duikboot de Nautilus.)
Het idee voor een duikboot is eigenlijk al eeuwen oud. Het was nl. niemand anders dan Leonardo da Vinci (*1452 - +1519, één van de grootste genieën aller tijden) zelf die plannen ontwierp voor een eenmansduikboot!
De eerste duikboten, die functioneerden werden tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) voor het eerst uitgeprobeerd. Het waren primitieve toestellen, die nog niet met motoren uitgerust waren maar met de hand aangedreven werden. (!)
Toch lukte het de 9-koppige bemanning der Zuidelijke staten met hun duikboot de CSS H.C. Hunley op 17.02.1864 een slagschip der Noordelijke staten, nl. de USS Housatonic tot zinken te brengen. Het probleem hierbij was wel dat het duikboot door het zinkende slagschip ook met man en muis verloren ging. Niet al te lang geleden, op 04.05.1995, heeft men de Hunley gevonden en ook geborgen.
De tijd bleef niet stil staan. Er werden auto's uitgevonden. Men begon langzaam maar zeker met luchtballons en vliegtoestellen ook de hemel te veroveren en de duikboten... die werden steeds perfecter, maar ook dodelijker.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) werden zowel van Duitse, maar ook van Engelse kant, op grote schaal duikboten ingezet.
Op zoek naar de parels van het geluk duiken onze vrienden met de IJzeren Schelvis naar de diepten van de wateren rond de Griekse eilanden en vinden er het onderwaterrijk van Krustax, de zeekoning. Dit rijk heet Alanta en is een duidelijke verwijzing naar het legendarische Atlantis, hierover meer, buiten het onderstaande, bij de toelichting van Het statige standbeeld.
Opvallend is, dat Willy Vandersteen destijds Alanta op de zeebodem tussen de Griekse eilanden heeft gesitueerd, want volgens onderzoekingen van de
wereldberoemde oceanoloog Jacques Yves Cousteau (*1910 - +1997) eind jaren 70 van de vorige eeuw zou een vroegere beschaving op de eilandengroep Santorini wel degelijk Atlantis geweest zijn. Deze beschaving was uiterst welvarend door handel en was cultureel gezien ook heel erg invloedrijk. De Minoïsche cultuur op het Griekse eiland Kreta werd er van afgeleid. Volgens Cousteau beperkte de culturele dominantie zich niet alleen tot Kreta maar strekte deze zich ook uit tot de volkeren van het Griekse vasteland en zelfs was de invloed te merken in het Oude Egypte, want degene die Atlantis beschreven heeft, nl. de Griekse filosoof Plato (*427 - +347 v. Chr.) had die informatie uit de verloren gegane bibliotheek van Alexandrië in Egypte.
Ten tijde van Plato had Santorini al het geografische uiterlijk van nu. Door bodemonderzoek van Cousteau werd bewezen dat de eilandengroep Santorini vroeger veel groter van oppervlakte moest zijn geweest en een geheel vormde met een vulkaan als centrum. Het oorspronkelijke Santorini is door een geweldige vulkaanuitbarsting omstreeks 1630 v. Chr. ten onder gegaan en dit feit valt ongeveer samen met de tijdsaanduiding van de ondergang van Atlantis in de geschriften van Plato.
Zeker is de situering van Alanta op de zeebodem tussen de Griekse eilanden door Willy Vandersteen zuiver toeval, maar toch waard te vermelden!
...Of heeft Jacques Y. Cousteau dit verhaal soms gelezen en zijn bij hem dan de radertjes begonnen te werken en is hij gaan zoeken naar Atlantis bij de Griekse eilanden?
Interessant te vermelden is ook, dat Jacques Y. Cousteau eens een bijrol had in een Suske en Wiske-verhaal uit de beroemde blauwe reeks; namelijk in het begin van De gezanten van Mars!
Nu doemt de vraag op: "Kennen die twee elkaar soms persoonlijk?" Hierover is echter niets bekend en het zal zeer waarschijnlijk ook niet zo geweest zijn!
Dit verhaal blinkt ook uit door de bijfiguren, zoals Nikki, Sjam en Foeter (een sjamfoeter is Antwerps voor een schobbejak oftewel een bedrieger) en de uit luchtbellen bestaande watergeest Akuwax en natuurlijk haar humor; o.a. een Lambik in een duikerspak op de bodem van de oceaan, uitgedost met regenmantel, bolhoed en paraplu(!) of in het begin van het verhaal waarin een versufte Lambik bij Sidonia wakker wordt en nog meent, dat hij aan het kamperen is enz., enz.
Opvallend is ook hier weer net zoals bij De speelgoedzaaier e.a. de van opzet veranderde covers die het verhaal gekregen heeft in het verloop van de reeks.
Bij de aankondiging werd het meerminnetje niet als Nikki voorgesteld, maar als Moelleke! Deze niet gewijzigde naam bij de aankondiging is een teken, dat tussen het maken van de strip en de voorpublicatie niet veel tijd verstreken is. Heden ten dage komt zoiets bijna niet meer voor, omdat er tussen het maken en de voorpublicatie toch meer tijd zit. Zo kunnen zulke fouten beter verhinderd worden.
Tijdens de voorpublicatie in De Standaard sprak Nikki in het begin Oudgrieks, wat bij enkele lezers tot protest leidde omdat ze het niet begrepen. Later tijdens de voorpublicatie sprak ze normaal Vlaams en in de latere albums is er gebruik gemaakt van woordomkering.
Nikki en haar ouders zullen veel later in de reeks nog eens een keer opduiken, in het verhaal De bonkige baarden, maar ook zien we Nikki op het einde van De zingende zwammen, samen met de Zwarte Madam, het Spaanse spook, Sus Antigoon e.a. in het rijk Fantasia. Hoe kan dit nu? Hielden Nikki en haar ouders het daar niet uit?
De bathyscaaf de IJzeren Schelvis zal later nog eens een keer een rol spelen in De apekermis.
In het dagboek van de zeeman Jan van Dieperdale duikt de naam Kommersbonten nog eens een keer op. Wij lezers kennen dit dorp reeds uit De Tuftuf-club.
Bekend is het verhaal ook door de levensles op het einde en door de onvergetelijke voordracht van het gedicht "Pruimenboom" door Jerom. Dit fragment uit het verhaal is sinds het verschijnen vaak als parodie verschenen.
Samenvatting
Lambik, Suske en Wiske zijn aan het kamperen en zoals het nu eenmaal is hier bij ons in West-Europa regent het meestal in stromen in de zomer. Zo ook hier! Aangezien onze Lambik liever lui dan moe is moet Wiske in de plensende regen de tent repareren. Plots ziet ze hoe een auto een ongeluk krijgt en in een greppel belandt. Wiske waarschuwt onze vrienden en zij stormen meteen op de verongelukte auto af. Zij vinden er een gewonde zeeman en brengen hem naar hun tent om zijn wonden te verzorgen. Half bewusteloos brabbelt de man iets over een kist in zijn auto die dreigt gestolen te worden. Suske en Wiske gaan meteen naar de auto van de zeeman en inderdaad... twee mannen willen er met die bewuste kist vandoor gaan. Het lukt onze vrienden niet de bandieten te stoppen.Ze bellen Sidonia op om te vragen of ze hen onmiddellijk komt ophalen, wat Sidonia ook prompt doet. Op de heenweg echter ontmoeten Sidonia en Jerom per toeval de ontvoerders van de kist. Jerom laat op een onconventionele manier de ongeletterde kerels voorbij en even later vinden ze de kist! De bandieten hebben schijnbaar niet gemerkt dat ze de kist verloren hebben. Ze pikken onze vrienden op en krijgen in geuren en kleuren verteld wat er gebeurd is. Thuis verzorgen ze de gewonde zeebonk en komen ook achter het geheim van de kist. In de kist ziet niemanders als een zeemeerminnetje. Ze luistert naar de naam Nikki en is afkomstig uit de wateren rond de Griekse eilanden. Ze leeft er op de zeebodem in het verzonken rijk Alanta met haar ouders Krustax, de zeekoning en haar moeder Soemarina, de zeekoningin, en waken er over de Parels van het Geluk.
Het naieve meerminnetje heeft niet alleen aan Jan van Dieperdale, de gewonde zeeman, het bestaan van de parels verraden, maar ook aan helpers Hanker en Rhoer van een duo financierders, genaamd Sjam en Foeter. Deze bandieten zijn het die proberen Nikki met alle geweld in hun macht te krijgen en zij gaan hierbij over lijken.
Als Sjam en Foeter merken dat onze vrienden geen katjes zijn om zonder handschoenen aan te pakken, waardoor ze het meerminnetje niet in hun macht kunnen krijgen, doen ze een voorstel. Zij willen of Nikki of de kaart, die naar de parels leidt. Zij lenen onze vrienden het kapitaal om een expeditie uit te rusten en ieder heeft een gids. Zij starten dan samen de expedities en de eerste die Alanta bereikt heeft gewonnen en wint de parels.
Onze vrienden stemmen toe en de race kan dus beginnen. Zij krijgen van Sjam en Foeter een bathyscaaf tot hun beschikking die professor Barabas met allerlei technische snufjes opkalefatert. Ze noemen de bathyscaaf de IJzeren Schelvis.
De race begint en het is natuurlijk niet meer dan logisch dat Hanker en Rhoer onze vrienden dwarsbomen waar het maar gaat, maar uiteindelijk vinden onze vrienden Alanta en maken kennis met de verbolgen vader van Nikki, de zeekoning Krustax.
Alanta wordt op dat moment aangevallen door een zwerm gevaarlijke zwaardvissen. Deze vissen willen het rijk van Krustax vernietigen. Op het laatste nippertje grijpt Jerom in en gaat zodanig tekeer dat er alleen maar graten overblijven.
De koning laat zijn woede varen, maar kan onze vrienden niet de weg wijzen naar de parels. Deze worden namelijk door Akuwax, een watergeest, bewaakt en alleen mensen die geluk zoeken en niet rijkdom zullen door de parels welvaren.
Onze vrienden gaan op weg en ontmoeten de watergeest Akuwax. Deze wil hen ook niet de weg wijzen maar Jerom weet onder het vaartuig van Akuwax een schijnende zaklamp te plaatsen. Ongemerkt volgen onze vrienden in de IJzeren Schelvis nu de watergeest naar geheime bergplaats van de Parels van het Geluk.
Door een tunnel komen ze in een verlichte grot met oesterbanken. Ze zijn echter niet de enige! Hanker en Rhoer zijn ook komen opdagen. Het zal niet de
enige verrassing zijn voor onze vrienden want Nikki heeft de Barracuda, de bathyscaaf van Hanker en Rhoer, gezien en heeft zich laten insluiten in een van die oesters. Als de parels eenmaal weg zijn dan zal de oester zich sluiten en Nikki's graf worden. Dit aanvaarden onze vrienden niet, maar Hanker en Rhoer wel. Jerom weet hen te verdrijven, maar de parels zijn uit de oester en het schelpdier begint zich te sluiten. Lambik en Jerom willen nog helpen Nikki te bevrijden, maar worden ook door de oester opgeslokt. Woedend over het verlies van haar vrienden smijt Sidonia enkele parels tegen een rotswand. De parels breken en plots verschijnt er een tekst met een levensles: "Men vindt het geluk niet door te zoeken doch door het te geven!"
Wiske springt op, pakt de resterende parels, en vaart op één van de grote zeepaarden van Akuwax naar de Barracuda van Hanker en Rhoer. Zij geeft de parels af en bericht de bandieten wat er gebeurd is.
Wiske keert weer treurig terug naar de grot, waar Sidonia vraagt wat er gebeurd is. Wiske had de vage hoop dat Hanker tot inkeer zou komen.
Tot aller verbazing staat plots Hanker voor hun neus en geeft de parels terug aan de kleinere oesters. Het gebaar van Wiske had hem de ogen geopend en het foute van zijn handelingen laten zien. Hij heeft zijn handlangers met de Barracuda laten vertrekken om het falen van de expeditie aan Sjam en Foeter te melden.
De grote oester opent zich en Nikki en onze vrienden zijn bevrijd, terwijl Hanker tevreden glimlacht.
Tekst: Alain Stienen
Lezers-recensiesWat vinden de lezers van dit verhaal?Bekijk de Lezers-recensies voor dit verhaal. Schrijf zelf een recensie. |