De droevige duif
Index |
Rode reeks no. 187 (1e druk: mei 1982)
Op maandag 31 augustus 1981 verscheen in de krant De Standaard de aankondiging van het nieuwe Suske en Wiske-verhaal De droevige duif. Meteen de dag erna begon de voorpublicatie en die eindigde op zaterdag 9 januari 1982. Een paar maanden later, namelijk in mei 1982, kwam dit verhaal als eerste druk in boekvorm uit.
De opmerkzame lezer valt natuurlijk op, dat we tussen de voorpublicaties van de verhalen De droevige duif (einde voorpublicatie zaterdag 9 januari 1982) en De Belhamel-bende (begin dinsdag 12 januari 1982) één dag missen en dat is maandag 11 januari 1982!!!
Willy Vandersteen en Studio Vandersteen zagen hierin de kans schoon alle trouwe lezers van de Suske en Wiske-verhalen door middel van een tweestrokig kort verhaal een gelukkig nieuwjaar te wensen met als titel, hoe kan het anders, Gelukkig Nieuwjaar!
Centraal in dit verhaal staat de wens naar vrede!
Het symbool voor vrede is een witte duif, die met een olijftakje (in dit verhaal is het trouwens een palmtak) in haar bek vliegt! Dit symbool voor vrede stamt uit Het Oude Testament uit het verhaal van de Zondvloed, waarin Noach na veertig dagen en nachten ononderbroken regen en stormvloed een witte duif laat vliegen om te verkennen of Onze Lieve Heer woord gehouden heeft en de Zondvloed liet ophouden. Zie aan, Onze Lieve Heer hield woord en de witte duif keerde terug met een bewijs dat het water zich begon terug te trekken, namelijk met een olijftak!
Het is trouwens niet voor de eerste keer dat onze vrienden op een vredesduif stoten, want al in het verhaal De Witte Uil bevrijdt Suske een kleinere vredesduif uit haar gevang. Deze vredesduif heeft trouwens wel een olijftak (zoals uit de bijbelse overlevering) in haar bek, terwijl de grote versie hier in dit verhaal haar palmtak, in plaats van een olijftak, kwijt is.
Tevens is dit verhaal van de auteur Paul Geerts ook een aanklacht tegen al die personen die door ellende en oorlog geld verdienen ten koste van de mensen die daaronder leiden!!!
De inkting van dit verhaal werd verzorgd door de heren Eduard De Rop en Eugeen Goossens. Wie de tekeningen goed bekijkt zal het verschil meteen zien tussen de beide heren.
In het begin van dit verhaal komen er beeldschone dames en dieren voor, die niet zijn wat ze moeten zijn! Het zijn androïdes! Mechanische wezens, die op mensen ijken. Meer informatie hierover vindt u bij de samenvatting van Tedere Tronica.
Androïdes waren in de beginjaren 80, de jaren 90 en ook nu nog, halverwege het eerste decennia van de 21e eeuw, een schrikbeeld! Nuchter rationeel denkende mensen zien in deze androïdes dat ze arbeiders werkloos maken. Een andere visie is dat criminelen door identiek uitziende androïdes geld kunnen maken en macht kunnen vergaren.
Een geniaal voorbeeld voor beide visies zien we in het Suske en Wiske-verhaal De Krimson-crisis van Paul Geerts!!!
De eerder triviale en ook slechtere versie van androïdes presenteert ons dezelfde auteur in Het enge eiland!
Vreemd genoeg, of is het bewust gedaan door de auteur, is Dr. Krimson degene, die het leger van deze androïdes aanvoert!
Na veel moeilijkheden weten Suske, Wiske en Jerom Lambiks broer er toe te bewegen om mee te doen aan het avontuur. ...Maar wie is Lambiks broer?
Die vraag is natuurlijk snel beantwoordt: het is Arthur!
Hij is niet alleen Lambiks broer, maar kan door het drinken van het sap van de plant Selderum Aeroplanis ook nog vliegen en heeft daardoor de bijnaam De vliegende aap!
In het gelijknamige album van het jaar 1948 maken we voor het eerst kennis met de broer van Lambik. Daarna blijft hij steeds opduiken in de de nieuwe verhalen, alhoewel sporadisch, zoals in De Witte Uil (1950), De tamtamklopper (1953), De sissende sampam (1963), De bevende baobab (1974) en in dit verhaal.
Ook later was hij een welgeziene gast in de nieuwere Suske en Wiske-verhalen, maar hierover meer in De averechtse aap. (In voorbereiding)
Vreemd is wel, nadat Arthur Jerom heeft leren kennen in o.a. de verhalen De tamtamklopper en De sissende sampam, dat Jerom zich in dit verhaal moet verkleden als een soort struisvogel voordat Arthur hem herkent!
Wie de verhalen van Suske en Wiske volgt valt ook op dat Arthur vaak (of beter bijna altijd) getroffen wordt door kogels van de medestanders in het betreffende verhaal!
Opvallend is ook dat Paul Geerts een handelingselement recycelt om het verhaal op gang te krijgen. Lambik krijgt vogelzaad te eten en moet de gangsters bewijzen dat hij kan vliegen. Dit hebben we al op een soortgelijke manier kunnen lezen in het verhaal De sissende sampam.
In dit avontuur zijn onze vrienden weer eens in de Himalaya, het hooggebergte van Azïe. Dit is niet de eerste keer, want al in het avontuur met De brullende berg (1957) waren ze al eens daar. Ook na dit avontuur kwamen ze nog eens een paar keer terecht in dit hooggebergte, nl. in het fantastische De parel in de lotusbloem (1988) en kort daarna in Sagarmatha (1989).
In strook 140 blaast Jerom in het tweede plaatje een tekstballonnetje op! Dit is een duidelijke knipoog van de auteur Paul Geerts naar het verhaal De tamtamkloppers uit het jaar 1953 (De titel van de voorpublicatie in De Standaard luidde De tamtamklopper). In dit verhaal blaast Jerom ook een tekstballonnetje op om er mee te vliegen.
Samenvatting
Op een morgen treffen we Sidonia aan in haar tuin, waar ze de duiven voert. Niet lang daarna zijn ook Suske en Wiske in de tuin en Lambik komt voorbij. Lambik echter wordt vanuit de struiken in de buurt bespied.Opeens komt een man in een net pak naar het huis van tante Sidonia en geeft er een telegram af, gericht aan een knappe juffrouw. Sidonia opent het telegram argeloos en gaat na het lezen uit haar bol, want ze is uitverkoren om aan een schoonheidswedstrijd mee te doen!
Lambik en de kinderen brengen Sidonia naar een sjiek kasteel en niet lang daarna wordt Sidonia de winnares van de schoonheidswedstrijd.
Lambik en de kinderen verheugen zich over de uitslag. Plots gaat de de poort open en een prachtige witte wagen rijdt de kasteellaan uit. Achter in de witte wagen zit Sidonia die gehypnotiseerd lijkt te zijn. Lambik holt meteen de wagen achterna en springt op de kofferbak van de auto, maar in een bocht wordt hij er van af geslingerd. Meteen neemt hij de vervolging weer op en ziet hoe de witte auto aan de oever van een rivier stopt bij een vreemd vaartuig in vorm een pauw. Sidonia gaat gedwee aan boord en Lambik, die Sidonia wil redden, weet ook op het vaartuig te komen.
Wat Lambik echter niet weet is, dat hij gade wordt geslagen door vreemde, als vogels geklede mannen. De ontvoering van Sidonia is met opzet uitgevoerd om Lambik aan boord te krijgen. Zo is het niet verwonderlijk dat Lambik een als raaf verklede schildwacht zonder veel poespas weet te overmeesteren. Lambik trekt het raafplunje van de schildwacht aan en gaat op zoek naar Sidonia.
Ondertussen blijven Suske en Wiske ook niet werkloos en gaan het kasteel naar in. Niet lang daarna ontdekken ze, dat Sidonia's tegenstanders mechanische poppen zijn, namelijk androïdes.
Ze hollen het kasteel uit om aansluitend met Lambiks auto in richting van de rivier te rijden. Daar ontdekken ze de witte wagen voor het vreemde vaartuig. Wiske geeft Suske de raad met volle vaart naar de steiger te rijden zodat ze aan boord komen, maar het vaartuig is sneller. De twee kinderen belanden met Lambiks auto in de rivier. Ze weten zich echter snel uit deze benauwde situatie te redden.
Terwijl ze aan de oeverrand van de rivier omhoog krabbelen, zien ze hoe het pauwachtige vaartuig met grote snelheid wegvliegt.
Aan boord van het in de wolken wegvliegende vaartuig komt Sidonia langzaam bij haar positieven. Ze wordt hierna door een schildwacht naar de vergadering van de Grote Pauw gevoerd. Sidonia probeert er achter te komen wat de als pauw verklede man in zijn schild voert, maar de Grote Pauw wil er niets over los laten. Integendeel, ze willen haar over boord smijten om zodoende Lambik te kunnen ontmaskeren. Die trapt er prompt in, maar werpt zich op voor Sidonia om haar te redden. Meteen vraagt hij aan de Grote Pauw wat deze maskerade te betekenen heeft, waar de Grote Pauw niet op ingaat, maar wel verteld dat hij met Lambik grootse plannen heeft. De Grote Pauw laat hen weer opsluiten en terwijl Sidonia het heerlijkste eten voorgeschoteld krijgt, ontvangt Lambik niets anders als vogelzaad.
Na ongeveer een week lang alleen maar vogelzaad gekregen te hebben blijkt dat ze Lambik ontvoerd hebben omdat hij een broer van Arthur, de Vliegende Aap, is.
De doortrapte boef, de Grote Pauw, merkt dat hij zo niet verder komt bij Lambik en dist hem een fabeltje op, dat hij de wereld eindelijk vrede wil brengen.
Goedgelovig als Lambik nu eenmaal is trapt hij er in en verklapt de verblijfplaats en het geheim van zijn broer Arthur. Wel krijgt Lambik te horen dat Arthur naar de hoogste berg ter wereld moet vliegen om daar het nest van de vredesduif te vinden.
Hierna sluit de Grote Pauw hem meteen weer op. In zijn gevang biecht Lambik aan Sidonia op dat ze hem er in geluisd hebben en dat de vogelbende nu achter Arthur aan is.
Ondertussen landt het pauwachtige vaartuig ergens in Nepal, aan de voet van de Himalaya.
Aan de andere kant van de aardbol zijn Suske en Wiske bij professor Barabas aangekomen Ze vertellen de professor wat er gebeurd is. Plots krijgt de professor via zijn paraboolantenne een bericht binnen en dat is van niemand anders als de Grote Pauw!
De Grote Pauw wil nu, dat Arthur door hen gezocht wordt. Op dat moment komt Jerom binnen en duurt het niet lang of de twee kinderen zijn samen met Jerom op zoek naar Arthur in de Gyronef.
Ze vliegen naar Afrika en na aanvankelijke moeilijkheden vinden ze Arthur en overtuigen hem mee te gaan om Lambik en Sidonia te bevrijden uit de klauwen van de Grote Pauw. Geen tweeëntwintig uur later zijn ze aan de voet van het Himalayagebergte, maar door onachtzaamheid heeft de Gyronef geen kerosine meer. Met veel moeite weet Jerom op een bergtop te landen. Op de bergtop smijt Jerom de Gyronef met Arthur erin tot bij de Grote Pauw, die juist dreigt Sidonia en Lambik te doden.
Ook aan Arthur vertelt de Grote Pauw nu het smoesje dat hij de wereld vrede wil brengen en dat Arthur daarvoor de vredesduif van de hoogste berg moet gaan halen.
Inmiddels zijn Suske, Wiske en Jerom onderweg naar het kamp van de Grote Pauw. Zij bemerken daarbij de als raven verklede mannen van de Grote Pauw, want die wil de vredesduif laten doden om te kunnen heersen. Dit laten onze vrienden niet op zich zitten en na enkele hete gevechten weten ze de Grote Pauw en zijn mannen uit te schakelen en redden daardoor het leven van de vredesduif.
Terloops stelt Lambik aan de vredesduif de vraag waarom het dier er niets van terecht brengt, want het wordt met elke dag van kwaad tot erger. De duif heeft als antwoord, dat hij tijdens een van de vele kernbomproefnemingen zijn palmtak verloren heeft en daardoor zijn werk niet meer naar behoren kan doen. De duif vraagt nu via Suske en Wiske direct aan de lezers van dit verhaal mee te zoeken naar de verloren palmtak, zodat er weer vrede op deze planeet komt.
De Grote Pauw heeft intussen zijn leven gebeterd en onze vrienden brengen Arthur weer terug naar Afrika.
Tekst: Alain Stienen
Lezers-recensiesWat vinden de lezers van dit verhaal?Bekijk de Lezers-recensies voor dit verhaal. Schrijf zelf een recensie. |