De Significante Signeerkaarten
2016
 |
 Index |
 |
Sinds 2014 waren de signeerkaarten tijdens de Fanclubdagen zo gecreëerd, dat ze pasten bij het desbetreffende ledenbeeldje van dat jaar. Tijdens de Fanclubdag op 10 april 2016 was dit anders.
Het ledenbeeldje was dit keer de vader van Lambik en Arthur, de vliegende aap, namelijk Papal Ambik. Op de signeerkaart was hij echter nergens te zien. Buiten Suske en Wiske was de kaart geheel gewijd aan Lambik, die ook in de hoofdrol stond tijdens de Fanclubdag.
Luc Morjaeu pikte enkele memorabele momenten uit de eerste pakweg twintig jaren van de reeks, waarin Lambik zijn optredens had en mixte die door elkaar. Zo zien we een combinatie van een Vlaams en een Oriëntaals landschap.
Van links naar rechts zien we als eerste Lambik in een ton, groetend met zijn bolhoed in de hand. Dit tafereel kennen we uit het verhaal De sprietatoom.
Op de originele cover van het album dat verscheen in 1948 zien we links van de ton een boom, met rechts bovenin een onschuldig vogeltje. Op de signeerkaart is ook een boom te zien maar in plaats van dat vogeltje zit daar een ventje dat ook een groet uitbrengt met zijn bolhoed, Bikbellum.
Bikbellum is de verpersoonlijking van Lambiks kleine hersenen die huist in een toverhoed in de klassieker De dolle musketiers uit 1953.
Rechts naast Bikbellum vliegt een versie van Lambik in een lang gewaad, zoals we hem kennen uit De wilde weldoener (1961).
Onderaan de afbeelding rijdt ook een Lambik, natuurlijk ook weer groetend, in een wagentje. Deze scene is gebaseerd op het album De zingende zwammen (1960).
In dat verhaal heeft het autootje een witte cirkel met de twee grote letters HP als logo. HP staat voor Highway Patrol. Op de signeerkaart zijn die twee letters vervangen door maar eentje, namelijk (heel bescheiden) een L.
Dit alles is afgebeeld in een Vlaams uitziende landschap, maar niet alle scenes speelden zich oorspronkelijk in die omgeving af. De prent bevat ook twee verwijzingen naar verhalen met Irak en Egypte als achtergrond.
Prinses Zagemeel (1949) is het eerste verhaal in de reeks dat zich in het Midden Oosten afspeelt, namelijk in Irak, het Tweestromenland. Lambik is in dit verhaal omgetoverd in een centaur, een wezen met het onderlijf van een paard en de torso van een mens. Hier zien we dus in het midden van de kaart Lambik galopperen met Suske en Wiske op zijn paardenlijf.
Helemaal rechts onderaan zien we Lambik, al groetend, op een gouden trompet spelen waardoor zijn goede ik tevoorschijn komt. We kennen de goede ik van Lambik en de trompet uit het verhaal Het zingende nijlpaard (1951). Dit verhaal speelt zich af in Egypte, de reden waarom op deze signeerkaart pyramides te zien zijn.
Elke Lambik op de magnifieke signeerkaart is aan het groeten met de bekende bolhoed. De enige uitzondering hierop is de Lambik in het autootje. Hierin heeft hij een deukhoed in zijn hand.
Tekst: Alain Stienen
