SOS Snowbell
 |
 Index |
 |
Rode reeks no. 343 (1e druk: 14 maart 2018)
De titel voor het eerste album van 2018 werd door Luc Morjaeu op Facebook bekend gemaakt op 11 oktober 2017.
Bij het bericht over de titel werd toonde hij ook een eerste schets.
De synopsis van het verhaal luidt:
John, de neef van Sidonia, vliegt op een mooie dag tegen het keukenvenster. Hij blijkt dan ook in een gans veranderd te zijn!
Hij smeekt zijn vrienden met hem mee te gaan zijn dorp in Alaska. Het toverboek van zijn lieftallige vrouwtje Snowbell is na vele jaren opnieuw actief geworden en heeft Snowbell in zijn macht.
Het boek dwingt haar de mensen in zijn dorp om te toveren in dieren. Op die manier geven ze hun ziel af aan het toverboek dat daarmee zijn kracht telkens ziet groeien. Het is zijn bedoeling zichzelf uiteindelijk te veranderen in een mens wat hem onbeperkte kracht zou geven.
Suske en Wiske en hun vrienden vertrekken meteen naar Alaska om Snowbell uit de klauwen te redden van het toverboek en de betoveringen ongedaan te maken. Maar dan zijn ze verplicht het te vernietigen en dat blijkt een onmogelijke taak...
Vanaf zaterdag 27 januari 2018 werd SOS Snowbell gepubliceerd in de Vlaamse kranten De Standaard en Het Nieuwsblad. Deze voorpublicatie werd niet, zoals gebruikelijk, vooraf gegaan door een aankondigingsplaat maar startte direct met de eerste stroken van het verhaal.
In plaats van de traditionele aankondigingsstrook zal bij albumpublicatie voortaan een speciale tekening op de rugzijde van de albums worden opgenomen. Deze tekening, vergezeld van een korte inhoudsbeschrijving van het verhaal, vervangt de hernieuwde "levende toren" die bij de restyling van de reeks juist weer op de achterkaft terug was gekeerd.
De toren gaat echter niet verloren. Deze heeft een plaatsje binnenin het album gekregen.
| Verschijningsdatum | 14 maart 2018 |
| Prijs | € 5,99 |
| ISBN | 9789002265143 |
| Aantal pagina's | 48 |
Achtergronden
Rosse John en zijn vrouw maakten hun debuut in het album De lachende wolf, dat in 1952 in de kranten werd gepubliceerd. SOS Snowbell kan worden gezien als een vervolg op Willy Vandersteen-klassieker, waarvan de albumuitgave uitkwam in 1953. Na 65 jaar wachten hebben Rosse John en Big Snowbell weer een hoofdrol naast onze vrienden.
Hoewel, 65 jaar? Nee!
Het duo had aan het begin van het verhaal De Curieuze Neuzen (2007) een cameo-optreden bij een feest met Sidonia en andere familieleden en vrienden.
Naast John en Snowbell zijn er in SOS Snowbell ook andere bekende bijfiguren uit het universum van Suske en Wiske te zien.
Door een list van Suske verdwijnt tante Sidonia in de wereld van het boosaardige toverboek. Ze ziet daar na een tijdje verscheidene personages die het boek al heeft kunnen betoveren. Dit blijken verrassenderwijs allerlei personages te zijn die we kennen na meer dan 70 jaar avontuur.
De herkenning begint met het twwede plaatje van strook 118. Links bovenaan is daar 't Prinske te zien. (Dit is een Vandersteencreatie die speciaal werd ontworpen voor het Kuifje-weekblad. De reeks liep van het jaar 1953 tot en met 1959.)
Rechts van 't Prinske zien we in dezelfde rij Simbat de Zeerover (een vroege creatie van Vandersteen die in 1943 zijn opwachting maakte in het tijdschrift Bravo) en koning Poefke uit De Koning Drinkt (1947).
Een rij lager is het hoofd van een andere Vandersteencreatie te zien, namelijk Leonard Snoek. (De Famile Snoek was vooral vanaf jaren 1946 tot en met 1954 een razend populaire gagreeks in Vlaanderen.)
Het cameo-optreden van Leonard Snoek in de verhalen van Suske en Wiske is trouwens niet beperkt gebleven tot dit verhaal. Hij dook onder andere op in De mottenvanger (1957), De Schone Slaper (1965) en meer recent De Europummel (2002), om maar een paar van de albums waarin hij opduikt te noemen.
Meteen rechts naast Snoek hangt weer een andere Vandersteencreatie, namelijk Bertrand uit de reeks Robert en Bertrand. Deze populaire stripreeks liep van 1973 tot en met 1993 en was losjes gebaseerd op het gelijknamige werk van Raf Verhulst (*1866 - +1941).
De laastste in de onderste rij op dit plaatje is Lamme Goedzak uit de verhalen van Tijl Uilenspiegel, die Vandersteen maakte voor het weekblad Kuifje. Dit personage uit de jaren '50 kreeg vele jaren later trouwens een dubbelganger in de vorm van Tamme, die voorkwam in De Geuzen. Die meesterlijke reeks werd gepubliceerd van 1985 tot en met 1990.
De galerij met oude bekenden wordt voorgezet in strook 119.
Bovenin die afbeelding zien we een markante kin en een haviksneus en dan kunnen we er eigenlijk al zeker van zijn dat dit personage de vroegere rivaal en nu vriend en drinkebroer van koning Poefke is die meegekomen uit de Middeleeuwen naar het jaar 2018, namelijk koning Cactus. Ook hij had een rol in De Koning Drinkt.
De admiraal naast Sidonia vertoont gelijkenis met de valse gouverneur uit De kleppende klipper (1955).
Onderaan zien we een man met kaal hoofd een een krans met krullend zwart haar met lange bakkebaarden en een oogglas, een zogenaamde monocle. Dat kan niemand anders zijn dan Kolonel P. Histon uit het verhaal De Speelgoedzaaier (1954).
Het laatste personage in het plaatje is weer een verwijzing naar een historische reeks. Het is Andy Cayoon, de baas van striphond Bessy. Deze western-reeks, die van start ging in 1952 begon kende vooral in Duitsland een groot succes. In dat land verschenen bijna 1000 avonturen van Bessy en Andy.
In het eerste plaatje van strook 125 treffen we opnieuw bijfiguren uit het Suske en Wiske-Universum aan. Laten we beginnen met de eerste en dat is de tweede van links. We kennen hem als Seppe, de oude straatmuzikant uit het verhaal De straatridder (1956). Schuin onder hem zien we Seppes tegenstander uit datzelfde verhaal Advocaat Ach. Terpoort.
Rechts naast de advocaat hangt het hoofd van een gangster uit het verhaal De Kwakstralen (1963) en rechts van Sidonia ziet men een van zijn opdrachtgevers, namelijk K. Alf en nog een handlanger uit dat verhaal.
Het meest bekende slachtoffer van het boek is te zien in het midden van de onderste rij. Hier hangt, met zeer verbaasde blik, Professor Barabas.
De laatste strook waarin bijpersonages te zien zijn is nummer 133. Daar vindt tante Sidonia de bril van Rosse John, waarmee ze uit de wereld van het toverboek kan vluchten, maar niet voordat we weer diverse bekenden uit vroegere verhalen hebben kunnen ontwaren.
Meteen onder Lala zien we iemand die we kennen uit De kaartendans(1962). Dit is de opkoper van oudheden uit het begin van dat verhaal.
Een plaatje verder zien we iemand uit India en alhoewel zijn baard er daar wild uit ziet is dat niemand anders dan de Maharadja van Symore, de geheimzinnige helper van onze vrienden in De wilde weldoener (1961).
Voordat Sidonia met de bril van Rosse John ontsnapt uit de wereld van het toverboek zien we in het laatste en derde plaatje van strook 133 een man met een pet die sterk lijkt op de stroper, die Lambik betaald heeft om Tobias in het verhaal Het Hondenparadijs (1962) naar de hondenhemel te brengen.
Hierna eindigt de tocht van Sidonia door het boek waardoor we niet kunnen zien of er nog meer oude bekenden zijn opgeslokt. Een vraag blijft echter open: Waarom waren ze allemaal op dat moment in Alaska?
De personages kwamen van heinde en verre, onder andere uit Tibet, Fantasia en België, uit andere stripreeksen en de tijdperken zoals de Middeleeuwen.
Wat deden ze daar? We zullen het niet weten, maar het toch was fijn om ze nog eens een keer te zien!
Tekst achtergronden: Alain Stienen
Op zoek naar dit album? Kijk eens bij de Suske en Wiske webwinkel Stripfan.nl
.
|
Lezers-recensiesWat vinden de lezers van dit verhaal?Bekijk de Lezers-recensies voor dit verhaal. Schrijf zelf een recensie. |
